E-news:
EPB-werkzaamheden
NL / FR
De
herziening van de EPB-eisen 2015 is
goedgekeurd:
Het besluit over de herziening
van de PEV-eisen (primair energieverbruik), de
NEK (netto-energiebehoefte voor koeling) en de oververhitting werd goedgekeurd op
donderdag 18 juni 2015. De effecten van dit besluit gaan in op 01/01/2015. De herziening
betreft het volgende :
-
Uitstel van de NEK- en oververhittingseis voor de eenheden "Kantoren en diensten"
en "Onderwijs" tot 01/01/2017.
-
Wijziging van de drempel voor de PEV-eis voor de
eenheden "Wooneenheid", rekening houdend met de
moeilijkheden i.v.m. de verbruiken voor verwarming voor de weinig compacte
eenheden en de productie van sanitair warm water voor de kleine eenheden. Deze nieuwe drempel
omvat twee versoepelende factoren:
De ene gelinkt aan de compactheid (met
C beperkt tot 4) |
De andere gelinkt aan
het volume van de eenheid (met VEPR, de variabele gebruikt om de behoefte aan sanitair
warm water te bepalen) |
Een nieuwe infofiche
beschrijft de EPB-eisen van toepassing voor projecten waarvan de stedenbouwkundige vergunningsaanvraag
ingediend werd na 01/01/2015.
Conversiefactor voor biomassa:
Dit besluit wijzigt ook de conversiefactor
naar primaire energie van biomassa. Hij zal veranderen van 0,32 naar
1 voor de projecten waarvan de stedenbouwkundige vergunningsaanvraag
ingediend wordt vanaf
01/01/2016.
Nieuwe
versie van de EPB-software:
Een nieuwe versie van de EPB-software die de
herziene eisen bevat, is nu beschikbaar. Bekijk alle wijzigingen die
in de versie 6.5.1 van de EPB-software werden aangebracht in de
didactische handleiding van de bijwerkingen EPB-software versie 6.5.
Deze versie verbetert ook enkele bugs vastgesteld in de
versie 6.5.0 ter beschikking gesteld door het Vlaams en Waals
Gewest.
Download versie 6.5.1
.
Het oververhittingscriterium voor wooneenheden: de bepaling van het inbraakrisico
Aangezien er momenteel geen
richtlijnen opgesteld zijn door de administratie voor de bepaling
van het inbraakrisico, zal de administratie de keuze van de
EPB-adviseur voor het inbraakrisico niet in vraag stellen. Tot nader
order schat de EPB-adviseur dus eenzijdig en in alle vrijheid het
risico op inbraak in: reëel, gering of geen risico (p. 35 van bijlage
IX
).
De toekomstige richtlijnen van
de administratie bettreffende de bepaling van het inbraakrisico
zullen geen retroactief effect hebben en zouden pas moeten worden
uitgevaardigd bij de inwerkingtreding van de toekomstige
berekeningsmethode, d.w.z. vanaf 2017. Alle projecten waarvan de aanvraag tot stedenbouwkundige
vergunning werd ingediend voor de verspreiding van
deze richtlijnen zullen van die soepelheid kunnen
genieten. |